In SITU :3:
Het is niet meer dan logisch.
Wie onderzoek naar de vaderlanschen bodem,die wil graag historische voorwerpen zoeken en vinden in SITU.
In situ,dat wil zeggen,sinds tijden her op dezelfde plaats gebleven,op de zelfde historische plaats.
Dan is het archeologisch gezien van veel waarde,immers op basis daarvan kan bijvoorbeeld een datering plaatsvinden.
Datering is erg handig,dan weet je over welke tijd je spreekt.
Maar er is veel veranderd.
Wie herinnert zich niet de RUILVERKAVELING :2:
Grote gebieden landschap,die voor nooit meer hetzelfde waren.In ieder geval niet aan het oppervlak.
Alles aan kant geschoven,en weg is het oorspronkelijke landschap.
In SITU,nou mooi niet meer ! :2:
En dan is er nog het fenomeen van de moderne ploegen.
Bakbeesten,met soms wel een diepte van 50 centimeter,of zelfs meer.
Dat betekent dat we een nieuwe naam hebben voor de toplaag van onze bodem: VERPLOEGD :3:
Wie denkt in termen van in SITU,die is zeker te huldigen in zijn opvatting.
Wie om zich heen kijkt,die ziet de realiteit.
Ruilverkaveling in de jaren zestig.
Grote ploegen,zware traktoren anno 2101.
En dan komt de man of vrouw die zoekt met een metaaldetector.
Die zoekt in verploegde grond,op de akker.
De bovenste 50 centimeter,daarin is alles verploegd.
Maar zo diep komt geen enkele detector.
Een goede detector zoekt op een diepte,die te vergelijken is met de helft van een ploeg,namelijk 25 centimeter.
We zoeken dus,op een halve verploegde diepte van verstoorde aarde.
Daarbij komt nog dat heel veel aarde van andere plaatsen komt,wegens ruilverkaveling.
Zoeken met een detector,is veelal zoeken naar leuke VERPLAATSTE voorwerpen in de aarde.
Zoveel verploegd,als verplaatst door verkaveling.
In SITU,dat is er niet bij.
Over in SITU, dat ligt veel dieper.
En de vondst van de regenboogschoteltjes in de omgeving van Maastricht was er een duidelijk bewijs van.
De schat lag op ca 80 cm diepte.
In SITU.
De verploegde schat,lag daarboven.
Nu blijft een schat ,een schat,daar doet niks wat aan af.
Een schat is belangrijk om aan te melden.
Maar,alle verhalen over detecteren moeten in de juiste diepte context geplaatst worden.
detecteren,daar waar archeologen graven ,dat is taboe natuurlijk.Dan verstoor je zo'n onderzoek naar het verleden.En van de uitkomsten daarvan,daarvan hebben we allemaal profijt,ook onzer kinderen.Die bijv. later vondsten kunnen zien in een museum.
Maar zoeken in de toplaag,dat is zoeken in aarde die veelal zo ontzettend door elkaar gerommeld is door de moderne landbouwmethoden,dat daarover iets zeggen,eigenlijk valt onder gemekker.
Wie in al die verplaatste grond iets heel bijzonders vind,die weet wat ie moet doen.
Niet zomaar verkopen aan de eerstbiedende,maar naar een betrouwbare specialist gaan die ervoor zorgt,dat het voorwerp het plekje krijgt die het verdient,en dat jij als vinder ook de juiste eer krijgt en ook de juiste beloning die erbij hoort.
En vooral voor die juiste en passende beloning daarvoor pleit ik sterk :1:
In SITU,de mooiste term voor archeologen, geen wonder,het is voor hun een zeer goed aangrijpingspunt,voor tijdsbepaling en onderzoek.
Verploegd,tot wel 50 cm diep,de harde realiteit,door grote ploegen en traktoren.
Verkaveld,nog meer realiteit.
Tot slot,Nederland telt steeds minder oorspronkelijke delen van het landschap,laten we daar erg zuinig mee zijn.
En,wie daar iets vind, wellicht 20 cm diep,die kan wellicht roepen, oh wat mooi, en in SITU.
En dan maar hopen dat het een topvondst is,en alle eer naar jou toe komt.
Eer in woorden en eer in dank en geldelijke zin,als een museum jouw vondst aankoopt. :2: