Voorwerp: Omega Fibula.
Afmeting: Ring 4.5 x 6.5 cm. lengte.
Periode: 0 tot 400 n.Chr.
One rara bronze / Brass omega brooch.
At the middle of the ring.
Size and her length:4.5 X 6.5 cm.
Date: Approx. 0-400 A.D.
One of my inspirations of thinking when you look to the picture of this website
at "Roman money" picture number 302 the Celtic wheel and than here below at this omega
brooch page, than you see a little look-a-like with de other framework.
Einen seltzame bronse omega fibeln.
Durchsnitt ringes 4.5 cm.
Totale lenge 6.5 cm.
Periode warscheinlich 0-400 A.D.
Einen von meinen gedanken von diese webseite ist ein bild auf "Roman money" foto nummero 302.
Die keltische rader dan gehen sie wieder zuruck nach diese omega fibeln seite. Das da viele ubereinstimmung zu sehen sind mit das 8 spakige Germanischen rad. Meinen sie auch nicht?
Een van de gedachtes kwam bij deze jaarfeesten en viel me op en wel het 8-spakige jaarwiel
(kruis) hieronder die zoveel gelijkenis heeft met ’t Keltische wiel van de foto op deze website
Op de rubriek "Romeinsgeld" en wel foto nr. 302 bied dit meer perspectief over........?
Alle gemythologiseerde natuurprocessen, zoals winter en zomer,
de schijngestalten van de maan, regenseizoenen enzovoort,
zijn geenszins allegorieën van deze objectieve ervaringen.
Het zijn integendeel symbolische uitdrukkingen van het innerlijke
en onbewuste drama van de ziel, dat via de weg van de projectie,
dat wil zeggen gespiegeld in natuurverschijnselen,
voor het menselijk bewustzijn toegankelijk wordt."
(C.G. Jung)
De jaarfeesten die ons volk van oudsher vieren worden allen gekenmerkt, evenals bij andere heidense religies,
door natuurverschijnselen waaraan een gemythologiseerde betekenis wordt toegekend. Vele van deze
natuurverschijnselen waren in het verleden van cruciaal belang voor de samenleving en haar overleving.
De maatschappij was gevormd naar de loop van de seizoenen, welke ieder een nieuw tijdperk inluidde voor
de agrarische cultuur en het is daarom aannemelijk dat de vier grote jaarfeesten plaatsvonden rond de
zomer- en winterzonnewende en de lente- en herfstequinox. Omdat de tijdsaanduiding werd gerelateerd
aan de maanfases, hoogst waarschijnlijk was de eerste dag van de maand een volle maan, moet daar bij
het benaderen van de data rekening mee worden gehouden.
Er zijn weinig bronnen die hierbij als echte leidraad kunnen fungeren en de bronnen die er zijn, zijn
over het algemeen slecht geschreven en bewaard gebleven. Veel van de huidige christelijke feesten
zijn van heidense origine, maar door de meer dan duizend jarige verkerstening is er van de oorspronkelijke
betekenis weinig over. Dit in ogenschouw nemend, is het haast een onmogelijke opgave accuraat te zijn in
het vaststellen van de juiste data en aard van de verschillende feesten. Toch is het vieren van de oorspronkelijke
feesten van groot belang, daar de natuurprocessen door hun gemythologiseerde symboliek uiting geven aan onze
volksziel. Juist door het vieren van de traditionele feesten en het uitvoeren van de daarbij behorende rituelen kunnen deze
uitdrukkingen weer voor ons bewustzijn toegankelijk worden.
De data van de zonfeesten, de zonnewendes en equinoxen, zijn aan de hand van de kosmische standen
vrij gemakkelijk te plaatsen. Zo herkennen wij; Ostara (20.03), Midzomer (21.06), Oogstdank (22.09) en Joel (21.12-02.01).
De vollemaansfeesten worden een lastiger verhaal. Uitgaande van het acht spakige wiel moeten de vier
vollemaansfeesten geplaatst worden tussen de vier zonfeesten. Echter omdat hier meerdere vollemaanfases
voorkomen zijn wij genoodzaakt een beroep te doen op enkele vaag voorkomende regels.
Een van de regels betreft Frøblót, gelijkend aan het Scandinavische Disablót of Disathing:
"Wanneer dertien daags nieuw naar volle maan gaat, dan Disathing in Upsala staat."
Hieruit kan worden geconcludeerd dat men na afloop van Joel wacht op de eerste nieuwe maan
en dat Frøblót gevierd wordt op de daarna volgende volle maan. Hieruit zou dan kunnen worden
afgeleid dat Frøblót gevierd wordt op 01.02 voor 2003, let wel dat de maanfases per jaar verschillen
en zo ook de data van de vollemaansfeesten.
Voor de overige drie vollemaansfeesten is er een andere regel, waarvan de oorsprong niet duidelijk is,
maar welke door meerdere organisaties wordt gehanteerd. Deze regel luidt dat de vollemaansfeesten
worden gevierd op de tweede volle maan na afloop het laatste zonfeest. Deze regel volgend komen de
data voor de overige drie vollemaansfeesten, voor 2003, op respectievelijk; 01.05 (Meifeest), 29.07
(Oogstfeest/ Ding-tijd) en 25.10 (Winternachten).
Er is echter ook een hele andere theorie, die stelt dat de feestdagen niet noodzakelijkerwijs aan de hand
van astrologische gebeurtenissen werden berekend. Omdat de kalender was gebaseerd op agrarische cycli,
de cyclus van de natuur en de daarbij behorende organische ontwikkelingen, kan het zijn dat de feestdagen
hieraan waren verbonden. Het is dan aannemelijker te veronderstellen dat de viering van het begin van de lente
was gerelateerd aan het zien van het eerste roodborstje of het eerste viooltje dan dat het was gerelateerd
aan enkel de astronomische gebeurtenis van de lente-equinox. Als dit het geval zou zijn dan zou er geen
universele Germaanse kalender hebben bestaan en zouden de feestdagen gevarieerd hebben tussen de
verschillende stammen. Echter, bij benadering is de agrarische cyclus verbonden aan de astrologische
cyclus en zo ook de volgorde waarin de verschillende feesten werden gevierd.
Winternachten wordt in sommige bronnen gelijkgesteld aan het Germaanse oudjaar, het kleinsnieuwjaar, welke het einde inluidt van de oogsttijd. Rond deze tijd stopt de natuur met het geven van haar levensbrengende krachten. Het is het begin van de duistere periode waarin de mensen hun leven meer binnenshuis doorbrengen en meer gericht zijn op spirituele zaken. Tijdens deze periode, en de daarop volgende midwinter, wordt de aandacht gericht op alle mysteriën rond de dood en het herdenken en eren van onze voorouders.
Joel is waarschijnlijk het hoogtepunt van de gehele midwinter periode, die duurt van
Winternachten tot aan grootnieuwjaar, de 6e dag van de Louwmaand, Januari. Joel
is een jaarfeest met verschillende gezichten. Ten eerste wordt de winterzonnewende,
en het lengen van de dagen, geëerd. Het is de tijd waarin de zon op haar zwakst is,
maar waarna haar kracht weer langzaam maar zeker terugkeert. De kerstboom,
Joel-boom, is hier een duidelijk overblijfsel van. De wintergroene boom staat voor
het overleven van de natuur in deze donkere periode en werd daarom ook versierd.
Een duidelijke gelijkenis is natuurlijk de levensboom, Yggdrasil. De kaarsjes symboliseren het licht,
dat de duisternis overwint, de versieringen kunnen worden gezien als offergaven en de piek is mogelijk
een referentie naar Wodan's lans Gungnir. Er zijn bronnen die deze boom de naam Mimameida geven,
waaronder de drie lotsgodinnen (net als bij Yggdrasil), de drie bronnen bewaken waarmee de bron van
Mimir, de bron van wijsheid en kennis, wordt geëerd.
Tevens worden op verschillende dagen verschillende Goden geëerd. Op moedernacht, de dag
voor de winterzonnewende, werd de familie en de Disir herdacht met Frigga als patrones. Op
de dag van winterzonnewende kwam de witte Ase, Heimdal (nu bekend als de kerstman),
langs om zijn kinderen te geven wat ze verdiende. Op de overige dagen werd Freya's dag en
het lichtfeest gevierd, waar ook Alvader Wodan wordt geëerd. Ten slotte is er het gemeenschappelijke
Joelfeest, waarbij Donar geëerd werd. Het is de tijd van het jaar waarin de gemeenschap binnen het
Odinisme wordt herdacht om de verbinding en solidariteit tussen ons te versterken.
Ten slotte is dit ook de periode waarin de Oskorei, de wilde jacht, op zoek gaat naar nieuwe leden.
Deze furieuze processie der doden is waarschijnlijk nauw verbonden met de voorbode van de dood.
In enkele ooggetuigenverslagen, meestal daterend uit de middeleeuwen, wordt deze verschijning in
detail beschreven. In een gedicht van Hans Sachs, genaamd "Das wuntend Heer der kleinen Dieb",
wordt de Wilde jacht beschreven als een woeste stoet met vliegende raven die de ogen uit de doden
plukken tot er als laatste van de stoet een man langs komt die dezelfde dag was opgehangen en die
zijn ogen nog had en hem daarmee doordringend aankeek.
De gehele Midwinterperiode wordt op de 6e dag van de Louwmaand afgesloten met het grootnieuwjaar. Dit is van oudsher de dag van Freya.
Disathing luidt het begin in van de terugkeer van de vitale krachten, welke bij Winternachten waren verdwenen. Rond die tijd werden de meest lokale bijeenkomsten gehouden. Het is ook de tijd dat de grond klaar werd gemaakt voor het planten van de nieuwe zaden. Het is een tijd van voorbereidingen voor de dingen die gaan komen.
Ostara is het feest van de lente en de nieuwe vruchtbaarheid en wordt gevierd rond de lente-equinox. De zon is halverwege haar reis van winter naar zomer. Vruchtbaarheidsrituelen werden uitgevoerd om de verbintenis met de hernieuwde activiteiten op de akkers te vieren. Zaden werden symbolisch teruggegeven aan de grond als een offer voor de oogst van het jaar ervoor.
Zowel Ostara als het Meifeest zijn vruchtbaarheidsfeesten met dezelfde essentie. Het vieren van de lente, het eren van de vruchtbaarheidsgoden, over het algemeen de Wanen, en het uiting geven aan de hoop dat de volgende oogst voldoende is tot het daarop volgende seizoen.
Een duidelijk overblijfsel zijn de versierde eieren en de paashaas. De eieren zijn een teken dat uit de schijnbaar dode natuur, nieuw leven ontstaat. In sommige bronnen staat vermeld dat de eieren, meestal versierd, vroeger voor een haas, het heilige dier van Ostara, werden gelegd om de relatie met de kosmische cyclus te vernieuwen. De geboorte van de natuur in de lente, na de dood van de winter.
Het meifeest is eigenlijk net zoals Ostara een vruchtbaarheidsfeest. Wellicht kan men het uitkomen van de eieren en het uitkomen van de knoppen uitleggen als de causale manifestering van de bij Ostara gevierde nieuwe vruchtbaarheid.
De zomerzonnewende is de viering van de uiteindelijke overwinning van de zon in de jaarcyclus en de volle manifestatie van de levenskrachten, welke tijdens Joel werden herboren. Midzomer is de langste dag van het jaar. Tijdens de Midzomer spelen, net als bij Joel, vuur en vruchtbaarheid een grote rol. In deze periode is de kracht van de zon het sterkst. Dit is het enige feest waarbij aan het gehele pantheon van de Germaanse Goden en Godinnen offers werden gegeven.
Dingtijd was de periode van de grote regionale of nationale bijeenkomsten, waar aan de sociale aspecten van de gemeenschap aandacht werd gegeven. Het is de tijd wanneer allerlei afspraken en gerechtelijke dingen werden afgehandeld.
Tevens wordt de Aarde bedankt voor alles wat zij heeft voortgebracht. Het koren kan van het veld worden gehaald, en de eerste voorbereidingen beginnen voor de winter. Vaak werd een deel van de oogst, als offer aan de Goden, op het land achter gelaten.
Oogstdank is het begin van het einde van de natuurlijke cyclus waarin dingen ontstaan en weer verdwijnen, om weer opnieuw te ontstaan. Dit feest heeft zeer grote gelijkenissen met het Oogstfeest en vindt plaats in het laatste gedeelte van de Oogstmaand, de tijd waarin noten verzameld worden en vruchten geplukt. Tijdens het feest bedankt men, net als bij het Oogstfeest, de Aarde voor de geschenken. Tevens zijn de nachten na deze datum weer langer dan de dagen en gaat het leven zich dus steeds meer naar binnen keren.
Het einde van deze periode werd gevierd op het begin van Winternachten, waar het kleinsnieuwjaar deze grote cyclus ten einde maakt.