DIFFERENT AGE'S IRON BUCKLES FROM CIRCA 1350-1650 A.D. THE FIRST ONE ON THE LEFT
THE OTHERS CIRCA MID 19TH 'TILL MID 20TH CENTURY.
AANTAL IJZEREN GESPEN DIE VAN LINKSBOVEN IS DE OUDSTE NAMELIJK CIRCA 1350 - 1650 A.D.
DE ANDEREN MIDDEN 19E - 20E EEUWS.
De bronstijd eindigde zoals gezegd met een verslechterend, kouder en natter klimaat.
En de pre-Romeinse ijzertijd is bekend doordat het aantal archeologische vondsten voor
deze periode zeer pover is. Dit is ook de periode waarin de Germaanse stammen bekend
geraken in de mediterrane wereld en aan de Romeinen.
In het begin was ijzer waardevol en werd het slechts voor decoratie gebruikt. De oudste ijzeren
voorwerpen waren naalden, maar er zijn ook ijzeren zwaarden en sikkels gevonden. Brons bleeft
gebruikt worden gedurende heel deze periode, maar werd nu voornamelijk als decoratie gebruikt.
De tradities waren een voorzetting van die uit de bronstijd, maar er waren sterke invloeden van de
Hallstattcultuur in Centraal-Europa. Zij gingen verder met de bronstijdtraditie van crematie (zie urnenveldencultuur).
Tijdens de laatste eeuwen verspreidde de Centraal-Europese La Tène-cultuur zich over Scandinavië vanuit
Noordwest-Duitsland en er zijn vondsten voor deze periode uit alle provincies van zuidelijk Scandinavië. Van
deze tijd hebben archeologen zwaarden, schildknoppen, speerkoppen, scharen, sikkels, tangen, messen,
naalden, gespen, ketels, enz. gevonden. Brons bleef verder gebruikt worden voor torque's en ketels, waarvan
de stijl een voorzetting van die uit de bronstijd was. Een van de bekendste vondsten is de Dejbjergwagen van
Jutland, een vierwielige wagen van hout met bronskleurige onderdelen.Romeinse ijzertijd.
Terwijl vele Germaanse stammen vaak in contact kwamen met de cultuur en de militaire aanwezigheid van het Romeinse Rijk bevond het merendeel van Scandinavië zich aan de periferie van de Latijnse wereld. Met uitzondering van de korte verwijzingen naar de Zweden (Suiones) en de Gauten (Gautoi), bleef Scandinavië grotendeels onvermeld bij Romeinse auteurs.
In Scandinavië was een geweldige import van goederen, zoals munten (meer dan 7 000), vaten, bronzen beelden, glazen bekers, geëmaileerde gespen, wapens, enz. Bovendien was de stijl van metalen voorwerpen en keramische vaten uitgesproken Romeins. Voor de eerste keer verschijnen voorwerpen zoals scharen en pionnen. In de 3e en 4e eeuw werden sommige zaken overgenomen van Germaanse stammen die zich ten noorden van de Zwarte Zee hadden gevestigd, zoals de runen.
Er zijn ook vele veenlijken uit deze tijd in Denemarken, Schleswig en zuidelijk Zweden. Samen met de lijken, zijn wapens, huisraad en kleren van wol gevonden. Grote roeischepen uit de 4e eeuw zijn gevonden geworden in Nydam mosse in Schleswig.
Velen werden in de eerste drie eeuwen niet meer gecremeerd, maar de traditie van crematie won terug aan populariteit.
Doorheen de 5e en 6e eeuw werden goud en zilver steeds alledaagser. In deze tijd werd het Romeinse Rijk door Germaanse stammen geplunderd, waarvan vele Scandinaviërs met goud en zilver terugkeerden. Er begon hierdoor een nieuwe ijzertijd in Noord-Europa: de Germaanse ijzertijd.
De periode die volgde op de val van het Romeinse Rijk staat bekend als de Germaanse ijzertijd. Het wordt opgedeeld in een vroege en de late Germaanse ijzertijd, die in Zweden bekend staat als de Vendeltijd, met rijke begrafenisgiften in het bekken van het meer Mälaren. De vroege Germaanse ijzertijd is de periode waarin de Denen voor het eerst opduiken in de geschiedenis en volgens Jordanes, waren zij een zijtak van de Zweden (suehans, suetidi) die de Heruli hadden vervangen.
Tijdens de val van het Romeinse rijk was er een overvloed van goud dat Scandinavië binnenstroomde en er zijn prachtige kunstwerken in goud uit deze periode overgeleverd. Goud werd gebruikt om schedebevestiging en bracteaten te maken. Een opvallend voorbeeld zijn de Gallehus-hoorns.
Nadat het Romeinse rijk was verdwenen, werd goud schaars en Scandinaviërs begonnen voorwerpen van verguld brons, met decoraties doorvlochten dieren in Scandinavische stijl, te maken. De VGI decoraties tonen dieren die eerder anatomisch getrouw zijn, maar in de LGI evolueerden ze tot ingewikkelde vormen met dooreengevlochten en verstrengelde ledematen zoals die uit de vikingtijd,