Afmeting van vogelfibula: 25 mm.
Periode: 0 tot 400 nChr.
The brooch up here is one Roman legion eagle.
Height: 25 mm.
Period: approximately 1st - 4th century AD.
Material: Bronze.
De standaarden in het Romeinse leger en de gebruiks voorwerpen ervan zoals hier boven te zien
is namelijk de legioen adelaarsfibula deze meet in hoogte 25mm en in breedte de voet 15mm en is
van brons - Datering 1e-4e eeuws A.D.
De eerste legioenen kenden vijf standaarden: adelaar, wolf, minotaurus, paard en everzwijn. In 104 v. Chr. schafte Marius alle veldtekens
af met uitzondering van de adelaar, het symbool van Jupiter. De standaarden waren erg belangrijk voor de legioenen, het verliet
de legerplaats pas als het legioen als geheel verder trok. Het waren belangrijke verzamelpunten tijdens veldslagen en er een
verliezen was een grote schande. Er werd bijvoorbeeld een enorme krachtinspanning geleverd om de adelaars die in 53 v. Chr.
verloren waren gegaan, terug te krijgen. Ook had een legioen vaak een herkenningsteken. Met legioen werd in eerste instantie
het hele leger bedoeld, pas in de vierde eeuw voor Christus kwamen er meerdere legioenen. Rond de eerste eeuw voor Christus
bestond een legioen op volle sterkte uit tien cohorten met in totaal 5120 man. Een gewone cohort telde 480 soldaten, verdeeld
over zes centuriën van 80 man, maar de eerste cohort van het legioen, waarin de beste soldaten zaten, bestond uit vijf dubbele
centuriën van 160 man. Elke centurie werd aangevoerd door een centurio, een uit de manschappen afkomstige onderofficier.
De kleinste eenheid die zelfstandig kon opereren, was de uit twee centuriën bestaande manipulus (handvol). De centurie zelf
viel weer uiteen in tien contubernii (tenten) van elk acht man sterk. De legioencommandant of legatus, meestal een senator,
had zeven hoofdofficieren onder zich - één praefectus en zes tribuni militum. Deze laatsten selecteerden de soldaten.