Four different types of metal detecting finds in the Dutch - Roman period context, fishers lead with holes in them.
Four different weights and lengths.
Vier verschillende types visserslood en een netverzwaringslood uit de Nederlands - Romeinse periode.
Waar mensen uit de antieke wereld onderstaande jongens mee vingen, in netten of aan een darmen lijn.
Kijk ook naar de ijzeren vishaak op deze site van Romeins op foto nr. 164.
Vier verschillende gewichten en lengtes.
D E V A L S T R I K
Canius, een Romeinse ruiter begaf zich naar Syracuse om vakantie te nemen, niet om handel te drijven, zoals hij zelf gewoon was te zeggen: hij wou een villa aan de kust gelegen kopen, waar hij zich met zijn vrienden kon vermaken terwijl niemand hem kon storen. Een zekere bankier Pythius, van zijn plan op de hoogte gebracht, zei hem: ”Ik heb weliswaar geen villa te koop maar, als je wil mag je mijn gebruiken. En tegelijk nodigde hij Canius uit voor het avondmaal in zijn villa op de volgende dag.
Maar Pythius, een man van groot aanzien bij alle standen – want hij was bankier - riep de vissers samen en beval hen: “Kom morgen voor mijn villa samen en vis daar met velen. En bovendien voegde hij toe wat hij wilde dat ze deden..
H E T L O K A A S
Canius kwam voor het avondmaal. Terwijl de gasten genoten van een rijkelijke maaltijd, voer voor hun ogen een menigte van bootjes heen en weer. De vissers brachten wat ieder voor zich gevangen had en gooiden ze voor de voeten van Pythius neer. Toen zei Canius: Als ik vragen mag, wat is dit, Pythius? Zoveel vis? Zoveel bootjes? En die zei: Wat is daar verwonderlijk aan? Op deze plaats zit alle vis van Syracuse. Deze villa kunnen ze niet missen.
D E V A L K L A P T D I C H T
Brandend van begeerte zei Canius: “Verkoop deze villa aan mij.” Maar Pythius zei: “Dwing me niet mijn dierbaarste bezit te verkopen.” Maar omdat Canius niet ophield met smeken en dringend te verzoeken, deed Pythius alsof hij tegen zijn zin toegaf: de begerige en rijke man kocht de villa voor zoveel geld als Pythius wilde.
De volgende dag nodigde Canius zijn familie uit, zelf kwam hij vroeg. Hij zag geen enkel bootje. Hij vroeg aan zijn dichtstbijzijnde buur: "Hebben de vissers vandaag vakantie?" De buur antwoordde: niet voor zover ik weet. Maar gisteren verschenen er wonderbaarlijk veel vissers. Canius was dol van woede. Maar wat kon hij doen?